Oz Impressions: 2008

Het is moeilijk te geloven zo op het eerste gezicht. Een van de meest fotogenieke iconen van Australie was tot voor kort bij niemand bekend, afgezien van de lokale Aboriginal-stammen en enkele cattle farmers in de buurt. Dat alles veranderde plots in 1982 toen de buitenwereld de eerste luchtfoto's van de Bungle Bungles onder ogen kreeg. Een adembenemend landschap en zonder enige moeite een van de meest overweldigende parken die we tot nog toe in Australie hebben aangedaan.

Ondanks de enorme populariteit tijdens het droge seizoen hebben de Bungle Bungles hun outback spirit niet verloren. Alleen al om er te geraken is een kleine krachtmeting nodig. De Spring Creek Track verkeert namelijk in een barslechte staat en is met geluk slechts de helft van het jaar open voor 4WD wagens. Om de volledige 53km af te leggen hebben we 2-3 uur nodig gehad. Frustrerend maar het houdt tegelijk ook de grote toeristenmassa's van het park weg. Niemand van de bezoekers die klaagt dus.

x
Eenmaal in Purnululu National Park (Bungle Bungles) volstaat een wandeling tussen verweerde zandsteentorens om je middenin een bizarre surreele wereld te voelen. En tussen de immense koepels schuilen dramatische kloven van soms enkele meters breed met palmbomen en in het natte seizoen watervallen, kreken en poelen. Na twee dagen wandelen en bushcamping hebben we uiteindelijk met een helicoptervlucht onze reis in de Kimberley afgesloten. Dertig minuten in een helicopter zonder deuren waarbij je tijdens elke bocht boven het landschap hangt met enkel een gordel als beveiliging ... perfect voor foto's, genoeg voor mijn hoogtevrees voor een tijdje.

Panorama from the Spring Creek track, the only way into the Bungle Bungles

Sunset view of the Bungle Bungles' western side from Walanginjdi lookout

Start of the Dome Walk

Piccaninny Creek

End of Cathedral Gorge

Nest of a bowerbird

Entrance to Echidna Chasm

Squeezing through

Livistona palms in Echidna Chasm

Mini Palms Gorge

The elusive Australian Bustard

Panorama with the entrance to Mini Palms Gorge on the right

De Kimberley is de streek in het uiterste noorden van Western Australia. Volgens velen een prachtige plaats maar tegelijk ook een afgelegen uithoek die, in tegenstelling tot de Red Centre, door de grote toeristenmassa nog moet ontdekt worden. Perth en Darwin liggen namelijk al op een serieuze afstand en er slingert slechts een enkele highway doorheen dit gebied waar Engeland zo'n drie keer inpast. Snelweg is eigenlijk dan zelfs nog een groot woord voor een gewone oneindige tweevaksbaan. Min of meer parallel ten noorden van de Great Northern Highway loopt de overharde Gibb River Road. In totaal twee grote wegen dus en verder een en al outback. Maar juist in die verlatenheid en uitgestrekheid schuilen sommige prachtige plaatsen die zo'n hele trip met al die kilometers zo de moeite waard maakten.

De grens tussen de Northern Territory en Western Australia is iets apparts. Groenten en fruit worden onverbiddellijk in beslag genomen en de klok staat plots anderhalf uur achter. Even verderop in Kununurra, de laatste grote stad van formaat, steekt iedereen zijn campervan vol met eten en water alvorens aan de Gibb River Road te beginnen. De 660km onverharde weg tussen Wyndham en Derby is op sommige plaatsen een serieuze test voor banden (jawel, de tweede dag al prijs) en arthrytis-patienten. Hoewel enkel geschikt voor 4WD wagens zijn we toch een paar crazy backpackers tegengekomen in een gewone zwaargeladen auto. Hoe hun ophanging er achteraf heeft uitgezien zal later wel op een foto te zien zijn in een van de roadhouses. Afgezien van schaars verkeer is er voor de rest links en rechts verbrand land, boabs, uitgestrekte cattle stations, river crossings, roadhouses om de 200-300km ofzo en gesloten aboriginal gemeenschappen. Dat alles afgewisseld met prachtige valeien, spelonken, verborgen oases (croc-free!), watervallen tussen de palmbomen en adembenemende rotsformaties zoals de Bungle Bungles. En een enkele keer hordes dazen die met getrokken mes en vork toeristen opwachten zoals in Bell Gorge.

Met de Gibb River Road achter ons zijn we vervolgens doorgereden naar Broome waar we eerder op het jaar al eens waren. Het doel was een tweede langer bezoek aan de Dampier Peninsula en zijn afgelegen Cape Leveque: twee dagen snorkellen in turquoise water met een temperatuur ver boven 18.3°C (Nathalie's zwemlimiet), relaxen op verlaten stranden, wachtend op avondzon walvissen spotten en in onze private beach shelter rond het kampvuur naar de sterren kijken.

x
Via de eenzame Great Northern Highway is het een lange saaie weg terug naar de Bungle Bungles, onze laatste stop. In de stereotiepe outback towns Fitzroy Crossing en Halls Creek langsheen de snelweg heb je niet veel nodig om je aan de rand van de beschaving te wanen en is het rijtje wachten op diesel temidden van Road Train giganten. Alvorens de weg in te slaan naar de Bungle Bungles hebben we onderweg nog verschillende overblijfselen van een oeroud Great Barrier Reef bezocht: Windjana Gorge met zijn massa's zoetwatercrocs, de ondergrondse Tunnel Creek en de prachtige rood-witte kliffen in Geiki Gorge.